Julie Mehretu: De Chaos in Kaart, de Geschiedenis in Lagen
Door Emilia Novak
Gebouwen, straten en hele steden botsen op elkaar – dat is het gevoel dat je krijgt wanneer je voor een schilderij van Julie Mehretu staat. Zwarte krabbels en felle kleuruitbarstingen razen over het gigantische doek, een overweldigende caleidoscoop van beweging. Deze georganiseerde chaos is het handelsmerk van Julie Mehretu, een Ethiopisch-Amerikaanse kunstenaar wier monumentale, gelaagde abstracties haar tot een toonaangevende figuur in de hedendaagse kunst hebben gemaakt. Haar doeken combineren de structurele lijnen van stadsplattegronden, bouwtekeningen en kaarten tot dichte, driedimensionale composities die de hectiek van het moderne stedelijke bestaan verbeelden. De afgelopen twintig jaar is Mehretu geëerd als een van de belangrijkste schilders van haar generatie – en geprezen voor haar vernieuwende benadering van abstractie. In dit artikel volgen we haar levensloop en werk – van Addis Abeba tot New York – om haar artistieke betekenis beter te begrijpen. Via verhalende context en inzichtelijke analyse tonen we hoe Mehretu’s “abstracte cartografieën” niet alleen geografie en geschiedenis in kaart brengen, maar ook de turbulente energie van onze hedendaagse wereld – en waarom haar werk zo geliefd is bij verzamelaars en instellingen wereldwijd.
Van Addis Abeba tot New York
Julie Mehretu werd in 1970 geboren in Addis Abeba als dochter van een Ethiopische professor en een Amerikaanse Montessorileerkracht. Haar vroege leven werd gekenmerkt door politieke onrust: haar familie vluchtte in de late jaren zeventig voor het opkomende Derg-regime en vestigde zich in Michigan. Deze gedwongen verplaatsing – tussen continenten, culturen en identiteiten – liet een blijvende indruk achter. Mehretu spreekt vaak over een leven van “constante onderhandeling” tussen plaatsen en overtuigingen.
Ze studeerde aan Kalamazoo College en bracht tijd door aan de Universiteit Cheikh Anta Diop in Senegal, voordat ze in 1997 haar MFA behaalde aan de Rhode Island School of Design. Daar begon ze een beeldtaal te ontwikkelen waarin abstractie, cartografie, herinnering en beweging samenkwamen. Vroege inkttekeningen vol compacte lijnen en vlekken groeiden uit tot luchtfoto-achtige landschappen – wat ze zelf “verhalenkaarten zonder locatie” noemde.
Architectuur, migratie en gelaagde identiteit vormden al snel het conceptuele fundament van haar werk. Tijdens haar residenties bij het Core Program in Houston en het Studio Museum in Harlem begon Mehretu een unieke stijl te ontwikkelen: abstractie geladen met politieke betekenis, opgebouwd uit architectonische vormen en spontane gebaren.
Een unieke visuele taal
Mehretu’s techniek is een vorm van opbouwend construeren. Ze begint vaak met digitaal geprojecteerde bouwtekeningen – stadions, wolkenkrabbers, stadsplattegronden – die ze overbrengt op monumentale doeken. Over deze onderlagen brengt ze transparante kleurwassingen aan, waarna ze de oppervlakken overspoelt met eigen tekens: krullen, krassen, arceringen en lijnen die doen denken aan graffiti, kalligrafie, weersystemen of geografische structuren.
Deze lagen worden opgebouwd, verzegeld, soms weer weggehaald en opnieuw aangebracht – gedurende weken of maanden. Het resultaat is een schilderij dat zowel gepland als spontaan oogt: een abstract document van krachten in beweging. Critici omschrijven haar werk als “kalligrafische complexiteit”, een visueel equivalent van stedelijke dichtheid, datavolume en geopolitieke spanning.
Hoewel ze digitale hulpmiddelen omarmt – zoals Photoshop-vervormingen en projectiemapping – keert haar werk steeds terug naar het handmatige. De lichamelijkheid van het tekenen blijft centraal staan. Haar doeken lijken te ademen: overvol van sporen, maar toch in beweging.
Doorbraken en sleutelwerken
Mehretu kreeg brede bekendheid in de vroege jaren 2000 met haar Stadia-serie (2004), waarin ze denkbeeldige arena’s verbeeldde – echo’s van stadions en politieke ruimtes – geladen met de energie van massa’s, naties en logo’s van multinationals. Deze werken, internationaal tentoongesteld, vingen zowel het spektakel als de structuur van het collectieve bestaan.
Haar muurschildering Mural (2009), gemaakt voor het hoofdkantoor van Goldman Sachs in New York, combineerde historische architectuur met gefragmenteerde lijnen die het onstuimige karakter van het kapitalisme zelf weerspiegelden. In datzelfde jaar onderzocht haar serie Grey Area, gemaakt voor het Deutsche Guggenheim in Berlijn, het geheugen en het verlies in de architectuur van die stad.
Haar vierdelige serie Mogamma (A Painting in Four Parts) uit 2012 behoort tot haar krachtigste werken. Geïnspireerd door de Arabische Lente, vermengt de serie tekeningen van publieke pleinen in Caïro, Addis Abeba, Peking en New York met expressieve, chaotische gebaren die het emotionele klimaat van revolutie oproepen.
Tegen het midden van het decennium had Mehretu de aandacht van toonaangevende instellingen en verzamelaars. MoMA, het Whitney Museum en het Walker Art Center kochten haar werk aan. In 2005 kreeg ze een MacArthur “genius grant”. In 2023 brak ze een veilingrecord: een van haar schilderijen werd verkocht voor 10,7 miljoen dollar – het hoogste bedrag ooit betaald voor een kunstenaar geboren in Afrika.
Abstractie als protest
Hoewel haar werk abstract is, is het diep politiek. Mehretu beeldt geen gebeurtenissen af, maar haar werk absorbeert ze. De gelaagde architectonische structuren verwijzen naar machtscentra – koloniale paleizen, financiële torens, protestlocaties – terwijl haar markeringen krachten van verstoring en verandering oproepen.
De Mogamma-serie is hier exemplarisch voor: stedelijke gevels worden veranderlijke plekken van verzet, waarbij geen enkele locatie domineert. In plaats daarvan overlappen geschiedenissen: het Rode Plein, Tiananmen, Tahrir, Zuccotti – allen samengevoegd tot een gedeelde topografie van onrust.
Haar werk stelt vragen over burgerschap, migratie en imperium. Stadions en pleinen functioneren als symbolen van zowel controle als collectieve kracht. Haar abstracte gebaren suggereren vluchtlijnen, migratieroutes of protestleuzen – open voor interpretatie, maar onmiskenbaar geladen.
“Ik illustreer geen gebeurtenissen,” zegt Mehretu, “maar ik laat me er wel door beïnvloeden.” Haar kunst dicteert geen betekenis; het nodigt ertoe uit. Die openheid stelt de kijker in staat eigen associaties en emoties toe te voegen, waardoor haar werk tegelijk universeel en persoonlijk wordt.
Aanpassen aan het heden
In recente jaren heeft Mehretu haar methode aangepast aan de volatiliteit van het nu. Tijdens haar retrospectieve in het Whitney Museum (2020–21) toonde ze nieuwe schilderijen waarin vervaagde, journalistieke beelden – van rellen, politiegeweld en grensprotesten – als onderlagen gezeefdrukt zijn onder waasachtige abstractie.
In deze werken flakkeren de geesten van echte gebeurtenissen onder nevelige lagen en felle lijnen – zichtbaar, maar ongrijpbaar. Een metafoor voor hoe we hedendaagse trauma’s consumeren: via media, via afstand, via vervorming.
Ook formeel is haar werk veranderd. De nieuwe schilderijen zijn losser, stemmiger. De architectonische helderheid van eerder werk maakt plaats voor atmosferische effecten – mistige grijzen, zure kleuraccenten, sporen die zweven of verzinken in plaats van botsen.
Deze verschuiving betekent geen terugtrekking, maar herijking. In een tijd van gefragmenteerde waarheden en emotionele uitputting dwingt Mehretu’s abstractie tot vertraging. Haar schilderijen bieden geen makkelijke antwoorden – ze vragen om aandachtige beschouwing.
Een spiegel van onze tijd
Mehretu’s werk is actueel niet omdat het direct reageert op het nieuws, maar omdat het de structuur van het moment weerspiegelt: gelaagd, onstabiel en onderling verbonden. In haar doeken krijgen de ritmes van globalisering – migratie, urbanisatie, protest, data, ontworteling – vorm.
Haar kunst spreekt tot de ervaring van leven in een overprikkelde, oververzadigde wereld. Je zou haar werk kunnen lezen als een archief van menselijke beweging: hoe we bouwen, vluchten, protesteren en weer herbouwen. Haar gelaagde oppervlakken herinneren aan digitale ruis, historische zwaarte en de echo van vergeten stemmen.
En toch is er in die chaos helderheid. Mehretu’s schilderijen verbeelden niet alleen crisis – ze verbeelden ook veerkracht, creativiteit en continuïteit. In hun beweging schuilt herinnering. In hun abstractie ligt handelingsvermogen besloten. En in hun dichtheid huist een onverwachte lichtheid: de mogelijkheid om ruimte, identiteit en betekenis opnieuw te verbeelden.
Slotgedachte
Julie Mehretu’s kunst vangt het ritme van deze eeuw – niet door verhalen, maar door energie, diepte en visie. Voor verzamelaars én toeschouwers is haar werk niet alleen een visueel krachtig statement, maar ook een cultureel document met weerklank. Wie voor een schilderij van Mehretu staat, kijkt in de spiegel van een complexe wereld – en ontdekt in die gelaagde chaos de schoonheid van verbinding.
Door Emilia Novak
Gebouwen, straten en hele steden botsen op elkaar – dat is het gevoel dat je krijgt wanneer je voor een schilderij van Julie Mehretu staat. Zwarte krabbels en felle kleuruitbarstingen razen over het gigantische doek, een overweldigende caleidoscoop van beweging. Deze georganiseerde chaos is het handelsmerk van Julie Mehretu, een Ethiopisch-Amerikaanse kunstenaar wier monumentale, gelaagde abstracties haar tot een toonaangevende figuur in de hedendaagse kunst hebben gemaakt. Haar doeken combineren de structurele lijnen van stadsplattegronden, bouwtekeningen en kaarten tot dichte, driedimensionale composities die de hectiek van het moderne stedelijke bestaan verbeelden. De afgelopen twintig jaar is Mehretu geëerd als een van de belangrijkste schilders van haar generatie – en geprezen voor haar vernieuwende benadering van abstractie. In dit artikel volgen we haar levensloop en werk – van Addis Abeba tot New York – om haar artistieke betekenis beter te begrijpen. Via verhalende context en inzichtelijke analyse tonen we hoe Mehretu’s “abstracte cartografieën” niet alleen geografie en geschiedenis in kaart brengen, maar ook de turbulente energie van onze hedendaagse wereld – en waarom haar werk zo geliefd is bij verzamelaars en instellingen wereldwijd.
Van Addis Abeba tot New York
Julie Mehretu werd in 1970 geboren in Addis Abeba als dochter van een Ethiopische professor en een Amerikaanse Montessorileerkracht. Haar vroege leven werd gekenmerkt door politieke onrust: haar familie vluchtte in de late jaren zeventig voor het opkomende Derg-regime en vestigde zich in Michigan. Deze gedwongen verplaatsing – tussen continenten, culturen en identiteiten – liet een blijvende indruk achter. Mehretu spreekt vaak over een leven van “constante onderhandeling” tussen plaatsen en overtuigingen.
Ze studeerde aan Kalamazoo College en bracht tijd door aan de Universiteit Cheikh Anta Diop in Senegal, voordat ze in 1997 haar MFA behaalde aan de Rhode Island School of Design. Daar begon ze een beeldtaal te ontwikkelen waarin abstractie, cartografie, herinnering en beweging samenkwamen. Vroege inkttekeningen vol compacte lijnen en vlekken groeiden uit tot luchtfoto-achtige landschappen – wat ze zelf “verhalenkaarten zonder locatie” noemde.
Architectuur, migratie en gelaagde identiteit vormden al snel het conceptuele fundament van haar werk. Tijdens haar residenties bij het Core Program in Houston en het Studio Museum in Harlem begon Mehretu een unieke stijl te ontwikkelen: abstractie geladen met politieke betekenis, opgebouwd uit architectonische vormen en spontane gebaren.
Een unieke visuele taal
Mehretu’s techniek is een vorm van opbouwend construeren. Ze begint vaak met digitaal geprojecteerde bouwtekeningen – stadions, wolkenkrabbers, stadsplattegronden – die ze overbrengt op monumentale doeken. Over deze onderlagen brengt ze transparante kleurwassingen aan, waarna ze de oppervlakken overspoelt met eigen tekens: krullen, krassen, arceringen en lijnen die doen denken aan graffiti, kalligrafie, weersystemen of geografische structuren.
Deze lagen worden opgebouwd, verzegeld, soms weer weggehaald en opnieuw aangebracht – gedurende weken of maanden. Het resultaat is een schilderij dat zowel gepland als spontaan oogt: een abstract document van krachten in beweging. Critici omschrijven haar werk als “kalligrafische complexiteit”, een visueel equivalent van stedelijke dichtheid, datavolume en geopolitieke spanning.
Hoewel ze digitale hulpmiddelen omarmt – zoals Photoshop-vervormingen en projectiemapping – keert haar werk steeds terug naar het handmatige. De lichamelijkheid van het tekenen blijft centraal staan. Haar doeken lijken te ademen: overvol van sporen, maar toch in beweging.
Doorbraken en sleutelwerken
Mehretu kreeg brede bekendheid in de vroege jaren 2000 met haar Stadia-serie (2004), waarin ze denkbeeldige arena’s verbeeldde – echo’s van stadions en politieke ruimtes – geladen met de energie van massa’s, naties en logo’s van multinationals. Deze werken, internationaal tentoongesteld, vingen zowel het spektakel als de structuur van het collectieve bestaan.
Haar muurschildering Mural (2009), gemaakt voor het hoofdkantoor van Goldman Sachs in New York, combineerde historische architectuur met gefragmenteerde lijnen die het onstuimige karakter van het kapitalisme zelf weerspiegelden. In datzelfde jaar onderzocht haar serie Grey Area, gemaakt voor het Deutsche Guggenheim in Berlijn, het geheugen en het verlies in de architectuur van die stad.
Haar vierdelige serie Mogamma (A Painting in Four Parts) uit 2012 behoort tot haar krachtigste werken. Geïnspireerd door de Arabische Lente, vermengt de serie tekeningen van publieke pleinen in Caïro, Addis Abeba, Peking en New York met expressieve, chaotische gebaren die het emotionele klimaat van revolutie oproepen.
Tegen het midden van het decennium had Mehretu de aandacht van toonaangevende instellingen en verzamelaars. MoMA, het Whitney Museum en het Walker Art Center kochten haar werk aan. In 2005 kreeg ze een MacArthur “genius grant”. In 2023 brak ze een veilingrecord: een van haar schilderijen werd verkocht voor 10,7 miljoen dollar – het hoogste bedrag ooit betaald voor een kunstenaar geboren in Afrika.
Abstractie als protest
Hoewel haar werk abstract is, is het diep politiek. Mehretu beeldt geen gebeurtenissen af, maar haar werk absorbeert ze. De gelaagde architectonische structuren verwijzen naar machtscentra – koloniale paleizen, financiële torens, protestlocaties – terwijl haar markeringen krachten van verstoring en verandering oproepen.
De Mogamma-serie is hier exemplarisch voor: stedelijke gevels worden veranderlijke plekken van verzet, waarbij geen enkele locatie domineert. In plaats daarvan overlappen geschiedenissen: het Rode Plein, Tiananmen, Tahrir, Zuccotti – allen samengevoegd tot een gedeelde topografie van onrust.
Haar werk stelt vragen over burgerschap, migratie en imperium. Stadions en pleinen functioneren als symbolen van zowel controle als collectieve kracht. Haar abstracte gebaren suggereren vluchtlijnen, migratieroutes of protestleuzen – open voor interpretatie, maar onmiskenbaar geladen.
“Ik illustreer geen gebeurtenissen,” zegt Mehretu, “maar ik laat me er wel door beïnvloeden.” Haar kunst dicteert geen betekenis; het nodigt ertoe uit. Die openheid stelt de kijker in staat eigen associaties en emoties toe te voegen, waardoor haar werk tegelijk universeel en persoonlijk wordt.
Aanpassen aan het heden
In recente jaren heeft Mehretu haar methode aangepast aan de volatiliteit van het nu. Tijdens haar retrospectieve in het Whitney Museum (2020–21) toonde ze nieuwe schilderijen waarin vervaagde, journalistieke beelden – van rellen, politiegeweld en grensprotesten – als onderlagen gezeefdrukt zijn onder waasachtige abstractie.
In deze werken flakkeren de geesten van echte gebeurtenissen onder nevelige lagen en felle lijnen – zichtbaar, maar ongrijpbaar. Een metafoor voor hoe we hedendaagse trauma’s consumeren: via media, via afstand, via vervorming.
Ook formeel is haar werk veranderd. De nieuwe schilderijen zijn losser, stemmiger. De architectonische helderheid van eerder werk maakt plaats voor atmosferische effecten – mistige grijzen, zure kleuraccenten, sporen die zweven of verzinken in plaats van botsen.
Deze verschuiving betekent geen terugtrekking, maar herijking. In een tijd van gefragmenteerde waarheden en emotionele uitputting dwingt Mehretu’s abstractie tot vertraging. Haar schilderijen bieden geen makkelijke antwoorden – ze vragen om aandachtige beschouwing.
Een spiegel van onze tijd
Mehretu’s werk is actueel niet omdat het direct reageert op het nieuws, maar omdat het de structuur van het moment weerspiegelt: gelaagd, onstabiel en onderling verbonden. In haar doeken krijgen de ritmes van globalisering – migratie, urbanisatie, protest, data, ontworteling – vorm.
Haar kunst spreekt tot de ervaring van leven in een overprikkelde, oververzadigde wereld. Je zou haar werk kunnen lezen als een archief van menselijke beweging: hoe we bouwen, vluchten, protesteren en weer herbouwen. Haar gelaagde oppervlakken herinneren aan digitale ruis, historische zwaarte en de echo van vergeten stemmen.
En toch is er in die chaos helderheid. Mehretu’s schilderijen verbeelden niet alleen crisis – ze verbeelden ook veerkracht, creativiteit en continuïteit. In hun beweging schuilt herinnering. In hun abstractie ligt handelingsvermogen besloten. En in hun dichtheid huist een onverwachte lichtheid: de mogelijkheid om ruimte, identiteit en betekenis opnieuw te verbeelden.
Slotgedachte
Julie Mehretu’s kunst vangt het ritme van deze eeuw – niet door verhalen, maar door energie, diepte en visie. Voor verzamelaars én toeschouwers is haar werk niet alleen een visueel krachtig statement, maar ook een cultureel document met weerklank. Wie voor een schilderij van Mehretu staat, kijkt in de spiegel van een complexe wereld – en ontdekt in die gelaagde chaos de schoonheid van verbinding.
