Wat is Oost Indische Inkt?
Oost-Indische inkt is een medium van fijn roet, genaamd lampzwart, dat wordt gemengd met water. De koolstof-moleculen maken een zwarte, waterbestendige inkt. In India wordt het al sinds de vierde eeuw voor Christus gebruikt. Kunstenaars gebruiken de inkt om te schrijven, tekenen en te schilderen.
Image © s-ts/Shutterstock- Toon Alles
- Gevestigd
- Ontdekkingen
KUNSTWERKEN GERELATEERD AAN OOST INDISCHE INKT
Franse abstracte schilderstijl die populair was tussen 1940-1950. Het wordt vaak geïnterpreteerd als een Europees equivalent van abstract expressionisme. Er zijn echter stilistische verschillen tussen deze twee kunstvormen. Tachisme maakte aanvankelijk deel uit van Art Informel die een meer intuïtief meningsuiting, links geometrische abstractie was. Tachisme kwam als een reactie op de kunstwerken van het kubisme. Het is echter nauw gerelateerd aan informalism.
Een vereniging van kunstenaars, gesticht te Parijs op 8 november 1948 en waarvan de naam samengesteld werd uit de beginletters van COpenhagen, BRussel en Amsterdam. Een opgerolde slang werd het symbool. Initiatiefnemers waren de Denen Asger Jorn en Pedersen, de Belgen Dotremont en Noiret en van Nederlandse zijde Karel Appel, Corneille en Constant. Daarna hebben zich bij deze kern andere kunstenaars aangesloten : Alechinsky, Else Alfelt, Atlan, Bille, Balle, Brands, Pol Bury, Hugo Claus, Jacques Callone, Jan Cox, Doucet, Sonia Ferlow, Stephen Gilbert, Karl-Otto Gotz, Gudnason, Henry Heerup, Wout Hoeboer, Olyf, Ortvad, Osterlin, Jean Raine, Reinhoud, Anton Rooskens, Tajiri, Thommesen, Ubac, Vandercam, Van Lint en Wolvencamp. Cobra was een boeiende strijdende beweging en een eerste protest tegen de traditionele en geijkte opvattingen in de kunst, maar ook tegen het streng geometrische. Uitgangspunt was een dynamisch gevoel voor kleur en vorm, een uitgesproken spontaniteit. Volgens Cobra moesten kunstenaars een nieuwe beeldtaal ontwikkelen, spontaan en onbevangen als een kind, voor iedereen begrijpelijk. Alleen op die wijze zou men door middel van kunst tot een vernieuw-de, betere maatschappij kunnen komen. Men wisselde ervaringen uit over de grenzen en talen heen; het schrift werd niet losgekoppeld van het beeld ; de schilder is ook theoreticus en dichter. Als beweging heeft Cobra niet lang bestaan. In 1951 werd de groep in letterlijke zin ontbonden, maar de basisgedachte leeft verder in het werk van de kunstenaars die er toe behoorden. Cobra vormt onweerlegbaar een erkend en uiterst gewaardeerd hoofdstuk in de geschiedenis van de moderne beeldende kunst. In de loop der jaren gingen alle Cobra-schilders en -beeldhouwers hun eigen weg en behoren nu, met een volstrekt eigen beeldtaal, tot de meest onafhankelijke, succesvolle coryfeeën van de internationale kunstscène.